Confronterend zijn de voertuigen die in de jaren ’70 mijn automotive carrière hebben aangeslingerd, maar tegenwoordig exoten in de werkplaats zijn. Het déjàvu gevoel overviel me echter als een warme deken toen mij gevraagd werd een oordeel te vellen over een ontstane motorschade van een klassieke Mercedes camper bouwjaar 1975 en voorzien van een 6-cilinder in lijn geplaatste turbodiesel motor.
De motorcode is OM-352 het autotype geeft aan een LF 1313. Het eerste wat me opviel was het kenmerk van het voertuig; 1313 staat voor 13 ton en 130 pk, de turboversies hadden echter 170 pk en werden aangeduid als 1317, dus 170 pk. Omdat zuigerbodem-koeling ontbrak vermoedde ik dat de turbo later werd bijgeplaatst waarmee deze onverwoestbare motoren geen problemen hadden.
De motor is voorzien van een onderliggende nokkenas, de kleppen worden bediend middels stoterstangen. De tellerstand bedroeg slechts 42.030 kilometer. Kenmerkend voor ex-brandweerauto’s en andere overheidsauto’s die voor veel geld werden aangeschaft, perfect werden onderhouden, maar zelden werden ingezet voor het beoogde doel.
Ook dit voertuig had een vergelijkbare historie en werd na verkoop omgebouwd tot camper. De camper werd bij een reparateur aangeboden voor onderhoud, vergezeld met de vraag om diagnose te stellen naar het kortstondig roken van de motor tijdens een koude start.
Tikkend geluid na reparatie
Ten aanzien van het roken werd verondersteld dat dit aan de verstuivers kon liggen. Deze werden gedemonteerd en gecontroleerd door een specialistisch bedrijf. Hier werd vastgesteld dat enkele verstuivers niet aan hun inspuitwaarde kwamen. Derhalve werden alle vier de verstuiver nozzles vernieuwd, afgesteld en weer in de motor geplaatst.
De berijder was blij met het telefoontje: “Uw auto is weer klaar“. Vreemd bleek echter dat direct na de eerste start de motor een tikkend geluid produceerde evenals ‘ploffende’ geluiden in het luchtfilter. Dit werd uiteraard aangekaart bij de reparateur die er kennelijk niet goed raad mee wist en de berijder aanraadde eerst maar een rondje te gaan rijden omdat een en ander nog moest inlopen.
Dat dit niet meer dan een hypothetische veronderstelling betrof bleek reeds anderhalve kilometer later. Zowel de tikkende alsook de ploffende geluiden namen toe in een mate die de angstige berijder deed besluiten de auto aan de kant van de weg te zetten. Nadat deze door reparateur werd opgehaald en diagnose werd gesteld, bleek in de tweede cilinder nauwelijks nog compressie aanwezig en kwam het ontluisterende besef dat er iets ernstig mis is met de motor.
En vanzelf komt dan de grote vraag; wie is er verantwoordelijk en wie gaat dat betalen. Reparateur bracht diens garageverzekering op de hoogte, de berijder nam Tech|X in de hand. Beide experts kwamen al gauw tot het besluit de motor, nadat deze werd uitgebouwd, gezamenlijk te bezoeken teneinde direct tot overeenstemming te geraken hetgeen een hoop gedoe achteraf zou schelen. En zo geschiedde.
Toen wij de motor bezochten was deze reeds uitgebouwd en de cilinderkop gedemonteerd. Wij troffen drie zaken aan die relevant leken; de cilinderwand van de tweede cilinder vertoonde nagenoeg rondom diepe sporen (vreters) ten gevolge van meegetrokken slijpsel. De inlaatklep van betreffende cilinder lag niet recht meer op de zetel. De klep was duidelijk krom gedrukt en een stoterstang van de zesde cilinder was kromgedrukt.
Onderdelen achtergelaten
De kromme inlaatklep werd gedemonteerd, waarna bleek dat de klepgeleider voor de helft was afgebroken. Het losgekomen materiaal kon in de cilinder terechtkomen en heeft diens sporen zichtbaar achtergelaten. Op de zuigerbodem werd impact van een onbekend projectiel aangetroffen, eenzelfde impact bevond zich aan de getroffen inlaatklep. Duidelijk werd dat een onbekend projectiel zich tussen klep en zuiger heeft kunnen begeven.
Gezamenlijk kwamen we tot de conclusie dat het wel zeer aannemelijk is dat dit evenement tijdens het demonteren of het monteren van de verstuivers kon ontstaan. Indien namelijk het kleppendeksel is gedemonteerd -hetgeen hier aan de orde is geweest- is er sprake van een ‘open inlaat’ waarin kleine boutjes, ringetjes en moertjes zomaar ‘kwijtraken’. De kromme stoterstang in de zesde cilinder lijkt een separaat verhaal. Om de stoterstang te demonteren, dient deze enige malen tussen twee vingers heen en weer gedraaid te worden. De onderzijde van de stang bevindt zich namelijk in een kommetje waarin zich motorolie bevindt.