Het wordt Mini nog wel eens verweten dat het té vaak en té veel afwijkt van de oorsprong. Met modellen als de Coupé en de Roadster, de Paceman en de Countryman, is er volgens de critici weinig ‘Mini’ meer aan Mini. En nu komt daar binnenkort ook nog eens de nieuwe zesdeurs (!) Mini Clubman bij!
Tekst Igor Stuifzand • Ach, in de jaren zestig was het Mini-aanbod niet minder gevarieerd. Naast de gewone tweedeurs Mini had je de Traveller, de Clubman, een pick-up, de Countryman, de Van en de Moke, plus nog tal van varianten die door kleine bedrijfjes als Marcos, Broadspeed en Radford werden gebouwd. Maar de meest merkwaardige Mini is misschien nog wel de Riley Elf …
Successen op Le Mans
Velen zullen nog nooit van Riley gehoord hebben. Dat is ook niet zo vreemd, want het merk bestaat sinds 1969 niet meer. Toch heeft Riley een aantal zeer indrukwekkende en belangrijke auto’s gebouwd, met name in de tijd dat het bedrijf nog zelfstandig was. Ook op het circuit was Riley erg succesvol. Tijdens de 24-uursrace van Le Mans in 1934, werden de auto’s uit Engeland als 2de, 3de, 5de, 6de en 12de afgevlagd, waarmee zij de Rudge-Whitworth Cup voor het meest succesvolle team in de wacht sleepten.
In 1938 werd Riley ingelijfd door de Nuffield Organisation, het concern waar ook de Britse merken Morris, Wolseley en MG waren ondergebracht. In 1952 fuseerde Morris Motors Limited met de Austin Motor Company, waaruit de British Motor Corporation (BMC) ontstond. Al die kleine merken konden niet los van elkaar opereren, zodat er veel modellen onder meerdere merknamen verkocht werden. De MG Magnette verschilde nauwelijks van de Wolseley 4/44 en de Riley One-Point-Five was weer nauw verwant aan de Morris Minor.
Extra lengte
Toen de originele Mini in 1959 verscheen, werd de auto onder verschillende merknamen verkocht. Eerst had je de Austin Seven en de Morris Mini Minor, maar in 1961 kwam daar de Riley Elf bij. Samen met de nagenoeg identieke Wolseley Hornet was de Riley Elf een stuk langer dan de standaard Austin en Morris: doordat de achterspatborden verlengd waren, veranderde de Elf in een tweedeurs sedan.
De ‘aangeplakte’ kofferbak werd keurig verhuld met kleine staartvinnetjes en mooi geïntegreerde achterlichten. Maar ook van voren verschilde de Riley Elf wezenlijk van de standaard Mini. Het liggende luchtrooster had plaatsgemaakt voor een staande grille, waar aan weerszijden een verchroomd roostertje tegenaan lag. Extra sierlijsten onder de ramen maakten het chique plaatje compleet.
Doordat de achterspatborden verlengd waren, veranderde de Elf in een tweedeurs sedan.
Ook vanbinnen ging het er een stuk luxer aan toe dan in de Mini. Waar in de Austin en de Morris ruimtelijkheid werd geschapen door de compacte centrale snelheidsmeter op een brede plank te zetten, beschikte de Riley Elf over een heus dashboard, compleet met wortelnotenhouten afwerking en maar liefst twee handschoenenkastjes. Tegen de portieren waren mooiere deurpanelen geplaatst en de stoelen en de achterbank werden bekleed met leer.
Nooit met Cooper-motor
Technisch was er helemaal niets anders aan de Riley Elf. Net als in de Austin Seven en de Morris Mini Minor, zorgde een dwarsgeplaatste 848 cc A-series motor met 34 pk voor de aandrijving op de voorwielen. Helaas heeft John Cooper zich nooit met de Elf beziggehouden…
Onder de auto treffen we het onderstel met de bekende rubberen vering. Bij het verschijnen van de Elf Mk II in 1963 werd het vermogen met 4 pk opgeschroefd en verscheen het Hydrolastic-veersysteem. Dit bestaat uit vier rubberen veerelementen met een geïntegreerde vloeistofkamer. Aan beide zijden staan de vloeistofkamers met elkaar in verbinding. Het rubberen element dient als vering, de vloeistofcirculatie zorgt voor de demping.
In 1969 viel het doel voor de Riley Elf. Een opvolger kwam er niet. In 1968 fuseerde BMC met de Leyland Motor Corporation, om British Leyland te vormen: nóg meer merken binnen hetzelfde concern die met elkaar concurreerden. Riley was een van de eerste namen die werd geofferd.
Totaal zijn er tussen 1961 en 1969 maar 30.912 Rileys Elf gebouwd, een fractie van de 1,5 miljoen Mini’s die er tot oktober 2000 van de band rolden. Doordat de auto zo zeldzaam is, kom je er maar zelden eentje tegen. Helaas voor de Riley Elf maakt onbekend onbemind.